Beschrijving
In voedingsarme, bloemrijke graslanden kom je vaak het Grasklokje (Campanula rotundifolia) tegen. Deze plant, die behoort tot de Klokjesfamilie, valt op met zijn zachtblauwe bloemen die bloeien van juni tot in de herfst. Als het Grasklokje niet in bloei staat, valt het minder op tussen de andere grassen en kruiden. De plant heeft twee soorten bladeren: onderaan de stengel zijn ronde tot niervormige bladeren met een gekartelde rand en een hartvormige basis, die samen een rozetachtige structuur vormen. De hogere bladeren aan de bloeiende stengel zijn smal, lijnvormig en hebben een gladde rand, wat bijdraagt aan de Nederlandse naam van de plant.
De bloemen van het Grasklokje hebben een kenmerkende klokvorm, met vijf samengegroeide blauwe kroonbladen en opvallende kelkbladen. Binnenin bevinden zich vijf meeldraden en een vruchtbeginsel met drie stempels. Na bloei verkleuren de bloemen naar strobruin en vormen ze zaaddoosjes die openen om zaden te verspreiden.
Je vindt Grasklokje op zonnige, licht beschaduwde plekken met zandige, humeuze bodem. Het groeit in verschillende delen van Nederland, waaronder de dijkhellingen in rivierdalen, de kalkgrashellingen van Zuid-Limburg, en zandige gebieden op de Veluwe.
De wilde plant grasklokje wordt bevlogen door de kleine- en zuidelijke klokjesbij. De soort zit onder andere in het Graslandflora GD-62 mengsel voor voedselarme, droge gronden. Klik hier voor een verspreidingskaartje.
