Beschrijving
Milieu
Kleine ratelaar (Rhinanthus minor) is een halfparasiet op gras en gedijt van nature op droge, matig voedselarme en bij voorkeur enigszins kalkrijke gronden. Net als de andere ratelaar soorten heeft de Kleine ratelaar (Rhinanthus) minor, een koude periode nodig om te kunnen kiemen. Ratelaar kan daarom het beste voor de winter in de nazomer worden gezaaid. De Kleine ratelaar is éénjarig en kan door een bestaande vegetatie worden gezaaid als de grond plaatselijk een beetje open wordt gemaakt. Kleine ratelaar wordt ca. 10-25 cm hoog. In het wild kan men de soort veelvuldig aantreffen op zavel- en zandgronden. Met de grote gele bloemen is het een prachtig soort om te zien met een lange bloeiperiode.
Zaden
In iedere zaaddoos bevinden zich ca. 20 zaden, waardoor ieder plantje honderden zaden kan produceren. De zaden van de Kleine ratelaar zijn beperkt houdbaar en het testen van de zaden op kwaliteit is een klusje waarbij een eenvoudige kiemtest geen soelaas biedt. De zaden kunnen het beste worden getest doormiddel van een tetrazoliumtest waarmee de enzymatische activiteit van het embryo en het endosperm kan worden aangetoond. Uit testen blijkt dat de zaden vaak enorm in kwaliteit verschillen, maar de kwaliteitspotentie met ca. 80% hoger ligt dan bijvoorbeeld Rhinanthus angustifolius Wanneer de zaden rijp zijn kan men deze horen ratelen in de zaaddozen.