Beschrijving
De Kleine pimpernel (Poterium sanguisorba) is een in Nederland inheemse wilde plant en overblijvend. De soort blijft een stuk lager dan de Grote pimpernel (Sanguisorba officinalis). Daar waar de Grote pimpernel groeit in vochtige hooi- en graslanden groeit de Kleine pimpernel juist op schrale, maar kalkrijke en droge zand-, leem- en lössgronden. Zoals bijvoorbeeld in het Zuid-Limburgse floradistrict.
Meer informatie over deze wilde planten is te vinden op de websites www.floravannederland.nl en www.wikepedia.nl.
Medicinale toepassingen
De kleine pimpernel bevat looistoffen, saponine en een flavon. De plant wordt gebruikt als bloedstelper.
In Angelsaksische landen worden de jonge blaadjes ook gebruikt in salades. Ook werden de blaadjes in wijn gebruikt om de wijn smakelijker te maken. Dit gebruik was bijvoorbeeld aan het hof van koningin Elizabeth van Engeland populair. De smaak lijkt op die van komkommer, volgens sommigen licht bitter, volgens anderen iets nootachtig. In de Middeleeuwen dronken soldaten voor de strijd een aftreksel van deze plant in de hoop dat wonden minder sterk zouden bloeden. Er geldt een waarschuwing voor het gebruik van deze plant, zowel inwendig als
uitwendig, voor mensen met gal– maag– of leverklachten.[2]
De Kleine pimpernel zit o.a. in het inheemse bloemzaadmengsel Graslandflora GD-63 voor voedselarme, kalkrijke zand, leem en lössgronden.
